Nederlandse cursus C1.2
Je leert:
- Uitdrukkingen en woordgroepen
- Vaste preposities
- Taalhandelingen: parafraseren, onderhandelen, betogen, doorvragen, figuren beschrijven, monoloog
- Grammatica: passief, modale partikels, zinnen met veel werkwoorden, separabele werkwoorden, 'zullen' en 'zouden'
- Nieuwe woorden
Advanced
-
-
Preview
-